Dennis de Bruin viel bij Rob Jacobs en Han Berger wel in de smaak, door Henk ten Cate minder gewaardeerd

In de rubriek Kasteelkanjers wordt het vizier gericht op oud-spelers en ex-trainers die  het rood-witte shirt van Sparta extra kleur hebben gegeven. In de rij der memorabele smaakmakers belicht Louis Du Moulin ditmaal voormalige eigen kweek Dennis de Bruin, die in de jaren ’90 als multifunctionele verdediger doorbreekt onder Rob Jacobs en uitgroeit tot een degelijke vaste keus. Later neemt hij de wijk naar Telstar, tegenwoordig verdient De Bruin zijn brood als peoplemanager bij adviesbureau PlanMen Nederland.

Nee, je kan helaas niet zeggen dat de jonge Dennis de Bruin (van 29 augustus 1971) opgroeit in een echte Spartafamilie. Zo is zijn geliefde opa jarenlang actief als suppoost in de Kuip, waardoor  opname in het Legioen eigenlijk veel meer voor de hand ligt dan een geregeld gang naar het Kasteel. Niettemin krijgt hij het thuis voor elkaar om na eerste balcontacten in clubverband bij vv Schiebroek zich te mogen aanmelden bij de Spartaanse kweekvijver op Nieuw Vreelust. Daar doorloopt hij alle jeugdelftallen en ziet hij onderweg nogal wat veelbelovende leeftijdgenoten afvallen. Zelf behoort Dennis niet.tot de allergrootste talenten, maar hij weet zich als staande te blijven houden vooral op basis van karakter. ,,Inzet, mentaliteit, nooit opgeven, daar moest ik het vooral van hebben en daar was ik me ook goed van bewust,” blikt De Bruin terug op die belangrijke vormingsjaren.

Zijn gestage opmars lijkt niet verder te komen dan  het tweede elftal, maar dan op 17 januari 1993 krijgt hij ‘eindelijk’ dan toch de kans om zijn voetbalkunsten te vertonen in de hoofdmacht van dienstdoende Kasteelheer Rob Jacobs. In het uitduel tegen Roda JC heeft Sparta een benauwde 1-2 voorsprong als Dennis de Bruin mag invallen voor de afgematte Arjan van der Laan. Een kwartier voor tijd zette Jacobs me in als extra verdediger. Wat ik deed was dik in orde en omdat we uiteindelijk de wedstrijd ook wonnen hield ik aan dat debuut best een lekkruin er gevoel over.”

Henk van Stee

Dat hiermee voor hem de ban is gebroken is volgens hem deels te danken aan assistent-trainer Henk van Stee, die geregeld bij Rob Jacobs nadrukkelijk heeft gewezen op de specifieke kwaliteiten van De Bruin en zodoende de ogen van zijn baas heeft geopend. ,,Henk was in de jeugd al mijn trainer geweest en wist dus  precies wat hij aan me had,” kijkt Dennis achterom. ,,Daarbij kwam dat ik als speler hem wel aansprak, omdat hij zelf als voetballer ook een type was geweest van keihard werken en altijd doorgaan. Van hem kreeg Jacobs dan ook meer dans te horen dat als er iemand een kans verdiende in het eerste, dat ik het was.”

De concurrentiestrijd voor een vaste plek in de rood-witte defensie liegt er niet om. Met name voor de positie van rechtsback, die De Bruin het best ligt, zijn er nogal wat andere  kandidaten, te weten Patrick van Leeuwen, John Veldman, Gerald Sandel en ook  Ron van den Berg. Gelukkig kan De Bruin ook elders in de afweer uit de voeten, zoals hij in de laatste speelronde tegen PSV bewijst. ,,Romario had er bij de rust al drie gemaakt, we stonden met 0-4 achter en toen mocht ik proberen hem te gaan afstoppen. Nou, ik kan zeggen dat hij de tweede helft geen bal meer heeft geraakt. We kwamen nog terug tot 2-4, een derde goal van ons hing in de lucht, totdat Berry van Aerle de 2-5 scoorde. We verloren alsnog flink, maar zelf was ik best een beetje trots ik de grote Romario uit de wedstrijd had gespeeld. Later is me dat trouwens ook gelukt tegenover Luc Nilis en Ronaldo, die Braziliaanse superspits, hielden we PSV knap op 1-1.”

Han Berger

Na Jacobs neemt vanaf 1 juli 1993  Han Berger de technische leiding op Spangen over en onder hem wordt Dennis de Bruin direct een vaste waarde rechts achterin , die als rasechte Rotterdammer extra geniet van de sfeerrijke derby’s tegen Feyenoord en de onderlinge duels met handige jongens van Zuid als Jòzsef Kiprich en Henke Larsson.

Vervolgens (medio 1995) verschijnt Henk ten Cate als opvolger van Berger ten tonele, een verandering die, zo zal snel blijken, voor De Bruin slecht zal uitpakken. ,,Iedere trainer wil zijn eigen speelstijl doorvoeren. Ten Cate was iemand die van verdedigers voetballend iets extra’s verlangde en daar kon ik volgens hem  niet aan voldoen. Ik heb dan ook onder hem nog maar weinig gespeeld.”

Cor Pot

De Bruins contract loopt in juni 1996 af en wordt niet verlengd. Wat is dan wijsheid? Een overstap naar Telstar, denkt hij op dat moment. ,,Want daar was Cor Pot, ook een Spartaan, trainer en daar waren ook twee oud-ploeggenoten, Lotfi Amhaouch en Oni Louhenapessy, het was dus een beetje een Rotterdamse gemeenschap, dat trok me wel. Het Eerste Divisievoetbal was alleen stuk minder, mij veel te opportunistisch om er genoeg lol aan te beleven. Dat veranderde trouwens ook niet nadat in i mijn tweede jaar Telstar Harry van den Ham, die net z’n papieren had en vol ambities zat, was gekomen.”

Even is er voor De Bruin interesse vanuit Engeland, maar zijn volgende halteplaats wordt Barendrecht, de aan de weg timmerende zaterdag-hoofdklasser. ,,Ik ging daarheen met in mijn achterhoofd het idee om via deze stap terug weer in het betaalde voetbal terecht te komen. Maar, het liep allemaal niet zoals ik had gedacht, waardoor ik op de bank kwam te zitten. Mijn  plezier was echt tot het nulpunt gedaald, ik moest weg en heb daarna nog even gevoetbald bij A.R.C. in Nieuwkoop, eigenlijk omdat Maurice Balkhoven, ook ex-Sparta, daar al speelde.”

Maximale

Gegeven bovenstaand verloop van zijn voetbalcarrière zou kunnen worden vermoed dat De Bruin er enigszins gefrustreerd op terugziet. Niets is echter minder waar. ,,Ik denk dat ik het maximale eruit heb gehaald gezien de omstandigheden. In de voetballerij moet je soms ook een beetje geluk hebben. Wat mij bijvoorbeeld wel heeft dwarsgezeten was het Bosman-arrest van eind 1995, waarna de clubs ineens extra voorzichtig werden met contracten,” meent Dennis, die Sparta nog altijd op de voet volgt en zeer te spreken is over de huidige gang van zaken. ,,Er staat een leuke ploeg, die probeert te voetballen en als het niet loopt het hoofd niet laat zakken, maar er flink tegenaan gaat. Het is het Sparta dat je als supporter wilt zien.”